Bij werken met een handpop denken we al snel aan spel en aan de techniek van het tot leven roepen van de pop. Maar is spel het belangrijkste wanneer je een pop gebruikt als hulpmiddel? Wanneer je de kinderen uit wilt dagen tot bijvoorbeeld meer taal, contact, een grotere betrokkenheid of ander gedrag? Heeft die pop vooral spel en techniek nodig of komt daar meer bij kijken?
In dit blog geef ik daar een antwoord op en zul je ontdekken dat de pop die je als hulpmiddel gebruikt, een ander doel en een andere insteek heeft, dan de pop die een voorstelling komt geven.
Bij de pop als hulpmiddel draait het vooral om het aanzetten tot interactie en deelname. De pop wordt ingezet omdat kinderen makkelijker op hem reageren en zich sneller door de pop laten verleiden om mee te doen met een activiteit. Kinderen zien de pop als vriendje en wij volwassenen gebruiken dat vriendje om doelen met kinderen te bereiken. Niet in de vorm van een voorstelling of een poppenkastverhaal, maar in de vorm van een (leer)activiteit. De kracht van de pop wordt daarin gebruikt om kinderen meer aanwezig te laten zijn, dan ze zijn zonder pop.
Het doel van de pop is anders, net als de manier waarop de pop bespeeld wordt. Zou de pop hetzelfde doen als de pop in de poppenkast, in het theater of bij een voorstelling, dan krijg je eenzelfde soort reacties als die je ziet als kinderen naar een voorstelling zitten te kijken.
Dit is een fragment van Jinky\’s Mikmak, waarin kinderen tijdens de voorstelling op de pop reageren. De voorstelling is gemaakt om kinderen zoveel mogelijk te laten reageren en dat lukt goed. Voor een voorstelling is dit geweldig, maar vind je dit ook wenselijk voor de pop die je als hulpmiddel wilt gebruiken?
Ik niet, eerlijk gezegd. Ik wil wel de gezelligheid en de betrokkenheid van kinderen, maar ik wil ook dat de rust bewaard blijft en de inhoud en de reacties meer kunnen \’sturen\’. De pop in de groep moet geen act zijn en werkt alleen maar wanneer hij niet ten koste gaat van de inhoud die je aan wilt bieden. Wanneer de pop die inhoud in de weg zit, dan verdwijnt hij vaak binnen hele korte tijd weer in de kast en komt hij er alleen maar uit als er een moment komt, waarin het best \’wat drukker\’ mag zijn, een moment waarin hij zijn \’act\’ op kan voeren.
De pop als hulpmiddel is een wezenlijk andere pop dan de pop in een voorstelling, laat dat idee los want ik ga er iets anders tegenover zetten.
wel de kracht, niet de act
Wanneer je gaat kijken naar wat kinderen nou precies zo leuk vinden aan een pop, dan blijkt dat kinderen een pop snel als een gelijke en vriend ervaren en daarom zo makkelijk op hem reageren. Ze willen hem helpen bij het vinden van antwoorden, ze willen hem helpen bij iets wat hij nog niet kan, ze laten hem weten dat degene waar hij naar op zoek is net is binnengekomen en bewaren zijn geheimen als hij dat vraagt (en hij net iets sympathieker is dan zijn tegenspeler). De pop hoeft niet eens heel goed bespeeld te worden om dit effect te krijgen. Techniek is iets waar de meeste kinderen zich niet druk om maken, zelfs poppen waarbij de stem alle kanten op schiet, en waarbij het synchroon bewegen van de mond veel te wensen over laat, komen daar mee weg. Dat boeit kinderen niet echt. Of hij vriendjes met je wil zijn en of hij leuke dingen samen wil doen is veel belangrijker.
Dat geldt ook voor de pop die je in jouw pedagogische setting binnenbrengt en betekent dus dat het slimmer is om jezelf bezig te houden met het neerzetten van een herkenbaar karakter en te werken aan verbinding met kinderen. De pop moet kloppen met wat kinderen van de pop verwachten. Zij zien de pop als een vriendje en daar verwachten ze bepaald gedrag, een bepaalde gezelligheid en een bepaalde steun van. Komt die niet, dan vinden ze het geen leuk vriendje, verliezen ze hun interesse en wordt de pop niet jouw gedroomde hulpmiddel. Best begrijpelijk, toch?
hoe wordt hij dan een hulpmiddel? Hoe kun je hem voor je laten werken?
In mijn visie draait het bij de handpop als hulpmiddel om 4 pijlers:
Als een van deze 4 ontbreekt, dan loopt er iets mank. Als ik dan mag kiezen waar ik de minste energie in zou stoppen, dan zou dat play – techniek, zijn. Ik zie in de praktijk dat degenen die de mooiste resultaten behalen met een pop, niet degenen zijn die het beste kunnen spelen, maar degenen zijn die weten wat ze willen bereiken met een kind (kinderen). Zij die precies weten hoe ze kinderen via de pop kunnen krijgen waar ze ze willen hebben, ingangen kiezen waar het kind (waarschijnlijk) op gaat reageren en hoe ze dat wat ze een kind willen leren, het meest overtuigend en aantrekkelijk aan kunnen bieden via hun pop.
Wat het werken met een pop, in mijn ogen, zo interessant maakt, is dat de pop je een nieuw perspectief en een andere manier van reageren biedt, waarmee je jouw eigen rol kunt aanvullen. Je kunt schakelen tussen jouw rol en die van de pop en vanuit twee rollen informatie van het kind krijgen. Hoe dat er in de praktijk uit ziet, is een prachtig onderwerp voor een volgend blog.
Plan, play, connect en interact vormen samen een wiel dat blijft draaien: bij elke nieuwe activiteit, gesprek, onderwerp, thema, situatie of kind, begint het proces van voor af aan. Het goede nieuws hierin is, dat wanneer je de structuur eenmaal hebt eigen gemaakt en het wiel is gaan draaien, de moeite om het draaiend te houden steeds minder wordt. Net zoals kinderen leren automatiseren, leer jij dit proces te automatiseren en wordt het een onderdeel van je nieuwe patroon.
Hoe is het om op deze manier over het werken met een pop te denken? Wordt het aantrekkelijker voor je of juist onaantrekkelijker?
Tot een volgend blog