Moet je kijken, ik heb een lampje gekregen, ja, een lampje voor in het donker voor op mijn hoofd. Ja, da’s handig hè. Weet je waarom ik deze heb nu? Omdat ik voor het eten altijd mee mag als we met onze hond gaan wandelen. Ja, dat doe ik, ik ga niet altijd mee, alleen als ik zin heb maar nu is het al vroeg donker hè en in ons bos zie je dan niks. Ja, ik zie dat het donker is maar niet waar de paden zijn en waar de bomen staan en of ik uit moet kijken voor een boomstronk of dat er prikkelstruiken staan enzo. Die zie ik wel als het licht is maar in het donker zie ik ze niet en dan loop ik overal tegenaan hè, ja en struikel ik ook, ja.
En daarom heb ik dus nu een lampje, eentje voor op mijn hoofd, dan kan ik zien waar ik kijk en kan ik ook zien waar ik lopen moet, da’s handig hè? Helen heb er ook eentje want die struikelt ook altijd overal over en loopt in plassen of glijdt uit in de blubber, dat is in het bos hè en nu was ze het zat en daarom hebben we nu lampjes want we willen wel kunnen wandelen en kunnen zien in het donker hè, ja, dat willen wij.
En vandaag heb ik mijn lampje dus uitgeprobeerd, heb ik overal het licht uitgedaan en toen ben ik gaan lopen met het lampje, dat gaat hartstikke goed joh, als ik mijn hoofd naar beneden doe dan gaat het licht ook naar beneden en als ik mijn hoofd weer omhoog doe dan gaat het licht ook omhoog, hoef ik verder niks voor te doen. Dus nu wil ik naar het bos hè, wil ik uitproberen of het in het bos hetzelfde is als hier, of ik de bomen nu wel kan zien, of ik nu wel kan zien waar ik loop enzo, ja, dat wil ik nou weten hè.
En weet je wat ook handig is? Als er nog andere mensen aan het wandelen zijn dan zien die mij ook, dan weten ze dat er iemand loopt want dat zien ze dan aan mijn lampje hè. Ja, een lampje zit altijd ergens aan vast of aan iemand, dat kan ook. Dus nu ga ik wandelen en dan vertel ik jou morgen of dat goed ging, goed?